Confessio 0000.0011

 

 Literatuur

 

- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 20014e druk/1e druk: 1953 [643 blz. ISBN 90.74310.77.X]. Hierin "Confessio": blz. 129

- Laag, Heinrich, Wörterbuch der altchristlichen Kunst. Kassel (Johannes Stauda), 1959. [168 blz. ISBN -]. Hierin: "Confessio", blz. 34 ("Vorraum zu dem unter dem Altar befindlichen Märtyrergrab, nicht das Grab selbst. Nur durch Fenster: fenestellae war das Märtyrergrab für die erreichbar, die durch Berührung mit ihre brandea heiligen wollten. In alter Zeit gab es Schächte: cataracta bis an das Grab heran" - dit is de volledige tekst)

- Koepf, Hans, Bildwörterbuch der Architektur. Deel in de serie 'Kröners Tachenausgabe', nr 194. Stuttgart (Kröner), 1985ongewijzigde herdruk van 2e druk uit 1974/1e druk 1968. [451 blz. ISBN 3.520.19402.3]. Hierin "Konfessio": blz. 235-236

- Crook, John, The Architectural Setting of the Cult of Saints in the Early Christian West, c. 300-1200. Deel in de serie 'Oxford Historical Monographs'. Oxford (Clarendon Press), 2000. [334 blz. ISBN 0.19.820794.8]. Hierin: passim.

- Heidt, A.M., Catholica. Geïllustreerd encyclopedisch vademecum voor het katholieke leven. 's-Gravenhage (Pax), 19612e druk/1e druk: 1959. [970 blz. ISBN -]. Hierin: "Confessio": kolom 263 ('geloofsbelijdenis'; 'de schildbekentenis in de biecht of de biecht zelf'. Tevens: het graf van een martelaar en ook het altaar erboven. In diverse romaanse kerken de ruimte onder het altaar, waar de relieken worden bewaard, afgesloten met een marmeren plaat (de transenna), waarin een opening (fenestrella) of rooster (cataracta) is aangebracht, waardoor de relieken kunnen worden aangeraakt)

- Gugel, E., Geschiedenis van de Bouwstijlen in de Hoofdtijdperken der Architectuur. Eerste deel (4e druk, bewerkt door J.H.W. Lelieman). Rotterdam (Bolle), (1918?). [629 blz. ISBN -]. Hierin: blz. 514 ("Nagenoeg zonder uitzondering werden de eerste christelijke kerken boven de graven der heiligen, wier namen zij droegen, opgetrokken. Onder het verhoogde sanctuarium bevond zich de Krypta (krocht) of Confessio, d.i. het graf van den belijder (confessor) tevens het middelpunt, het eigenlijke brandpunt der gewijde plaats. Boven dit graf verrees dan ook de heilige tafel (mensa) der Eucharistie, het altaar, dat weldra tot reliquiarium dienende (relieken-vereering sinds de 3e eeuw), den oorspronkelijke vorm eener tafel verloor. Op het altaar stond het kruis, waarboven aan de zoldering van het ciborium eene kroon met lampen hing" - dit is de relevante tekst volledig)